Het Groot Duijfhuis
en de Duiventoren
Het Groot Duijfhuis en de Duiventoren liggen in Kasteren, een buurtschap van Liempde. Het hele complex - de Duiventoren, boerderij met aangebouwde herenkamer en Vlaamse schuur - is een rijksmonument en een van de meest in het oog springende boerderijen van Nederland! De boerderij ligt in het prachtige landschap van het Dommeldal. De eerste gegevens over het Groot Duijfhuis dateren uit de veertiende eeuw. Het had eerst de naam ‘hove ten Acker’, na de komst van een duiventoren in de zeventiende eeuw werd het ‘Groot Duyfhuis’ genoemd. De hoeve was één van de belangrijkste bezittingen van de kartuizers. Deze streng gelovigen monniken leefden rond 1465 twee jaar lang in een klooster vlakbij het Groot Duijfhuis.
In het Groot Duijfhuis is een informatiecentrum van Brabants Landschap gevestigd.
Rijksmonument
In de vijftiende eeuw staan in dit gebied enkele grote hoeven, waaronder ‘Hove ten Acker’, waaraan in de zeventiende eeuw, na de komst van een duiventoren, de naam ‘Groot Duijfhuis’ wordt gegeven. De soms honderden duiven leverden, naast een mals boutje, honderden kilo’s mest, waar vroeger altijd een schrijnend tekort aan was. Het houden van duiven was lange tijd een recht voorbehouden aan de adel en de geestelijkheid. De marterkraag van schuin omlaag stekende planken rondom de toren is aangebracht om steenmarters tegen te houden. Het hele complex - duiventoren, boerderij met aangebouwde herenkamer en Vlaamse schuur - is een rijksmonument en wordt beheerd door Brabants Landschap.
Bij het Groot Duijfhuis staat de oudste Vlaamse schuur van Nederland. Bouwkundig onderzoek heeft aangetoond dat de schuur in- of kort na 1525 is gebouwd. Alle telmerken en balken zitten nog precies op de plaats waar ze horen. De schuur werd gebruikt voor de opslag van de oogst en de tiendopbrengsten - een soort belasting - werd afgedragen aan de kloosterorde.
De Duiventoren
In de noordgevel van de duiventoren is, met een iets andere steen, het jaartal 1661 ingemetseld. Rond 1910 heeft de toren drie verdiepingen met houten zolders waarin een luik zit dat als deur wordt gebruikt. Tegen de muren zitten veel nestkastjes. Het is er vrij donker vanwege het weinige licht dat door de vlieggaten kan komen. Het dak is dan nog spits en bedekt met leien. Omdat de houten kap van de toren verrot, wordt in 1916 de kap, samen met ongeveer een meter muur, afgebroken en vervangen door een plat dak. Tegen de toren aan bevindt zich een bakoven. Het onderste gedeelte van de toren wordt gebruikt als bakhuis.
