De Sint-Petrusbasiliek

Van kerk naar Basiliek

Boxtel heeft sinds 2011 zijn eigen ‘Basilika Minor’: de St. Petrusbasiliek. Tot die tijd was het ‘gewoon’ de St. Petruskerk die al eeuwenlang in het centrum van Boxtel stond. De titel ‘Basilika Minor’ is alleen weggelegd voor kerken met een bijzondere betekenis. Een hoog bestuursorgaan van de Katholieke Kerk in Rome besloot in 2011 dat de St. Petruskerk voor de titel in aanmerking kwam. Daarmee kreeg Boxtel de 23ste basiliek in Nederland. Voluit heet deze de ‘Basiliek St. Petrus’ Stoel te Antiochië’.  

Het Heilig Bloedwonder

Boxtel verdiende deze bijzondere status door een wonder dat rond 1380 plaatsvond. Priester Eligius van den Aker stootte toen een kelk met miswijn per ongeluk om. De witte wijn maakte rode (!) vlekken op twee doeken: eentje die het hele altaar bedekte (de altaardwaal) en eentje waar het brood en de wijn op stonden (de corporale). Verwoede pogingen om de vlekken uit de doeken te wassen in de Boxtelse rivier de Dommel, mislukten. De geschrokken priester verstopte de doeken daarom in zijn huis. Pas op zijn sterfbed vertelde hij wat hem was overkomen. Iedereen, inclusief het Vaticaan, was ervan overtuigd: ‘dat moest het bloed van Jezus Christus zijn’.

Op bedevaart in Boxtel

Kardinaal Pileus de Prata, aartsbisschop van Ravenna, bevestigde het wonder op 27 juni 1380 met een heuse oorkonde. Hij gaf ook toestemming de doeken één keer per jaar aan de gelovigen te laten zien. Vanaf toen kwamen duizenden pelgrims naar Boxtel op bedevaart.

Romaanse kerk werd een Gotische kerk

De Boxtelse status als bedevaartsoord zorgde al vanaf de erkenning van het Heilig Bloedwonder voor grote drukte bij de St. Petruskerk. In 1380 was dat nog een kleine Romaanse kerk op een heuvel. ‘Romaans’ betekent dat de kerk er sober en eenvoudig uit zag, opgebouwd uit tuf- of baksteen en met dikke muren en kleine ramen. De opkomst van de Gotische architectuur in Europa – met veel zuilen en luchtbogen – leidde in Boxtel tot de bouw van een veel grotere kerk. Die was ook nodig vanwege de vele pelgrims die naar Boxtel trokken. Destijds lag er ook nog een grachtje om de kerkeuvel heen dat in verbinding stond met de rivier de Dommel.

Veilig in Hoogstraten, België

De pelgrimstochten naar Boxtel stopten in 1648 toen er een vredesverdrag werd getekend: de Vrede van Münster. Dit verdrag maakte een einde aan de Tachtigjarige Oorlog. Eén van de voorwaarden was wel dat katholieke gebruiken taboe werden. Dat betekende in Boxtel dat de Sint Petruskerk ‘van’ de hervormden werd; katholieke inwoners konden hier niet meer terecht. Dat leidde tot grote spanningen. Om de Heilig Bloeddoeken te beschermen, zijn ze naar Hoogstraten (België) gebracht. Dit was volgens de Heer van Boxtel van destijds, Ambrosius van Horne, een gemakkelijk te bereiken plaats voor Nederlandse bedevaartgangers die toch de doeken wilden blijven vereren.

Van ingestorte muren tot complete restauratie

De Boxtelse katholieken kregen hun St. Petruskerk pas in 1798 weer terug, na bemiddeling door Napoleon. De kerk was zwaar beschadigd met een ingestort middenschip en ingestorte muren. In 1823 begon de restauratie  van het kerkgebouw. Het Smits-orgel uit 1842 werd één van de pronkstukken. Tussen 1918 en 1932 volgde nog een grootscheepse restauratie. In die periode is ook het Boxtelse Binnendommeltje rondom de kerk gedempt. In de jaren 80 van de vorige eeuw is de kerk opnieuw gerestaureerd, van binnen en van buiten en deels betaald uit donaties en sponsoring door de Boxtelse gemeenschap.

De Bloedprocessie in Boxtel

En de Heilig Bloeddoeken? Daarvan kwam er eentje terug naar Boxtel, in 1924. Het ging om de corporale die door maar liefst vijfhonderd Boxtelse mannen in Hoogstraten werd opgehaald. In 1925 vond, op de eerste zondag na Pinksteren, weer een echte Heilig Bloedprocessie plaats om het doek – of: het Heilig Bloed – te vereren. Niet in Park Stapelen of rondom kloosters zoals voorheen, maar in een gloednieuw Processiepark achter de kerk. Nog elk jaar is er een Bloedprocessie, maar nu door de straten van Boxtel. Sinds februari 2015 staat deze Heilig Bloedprocessie op de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed Nederland. En ook Hoogstraten, waar de altaardwaal wordt bewaard, houdt het wonder in leven. Ook hier vindt elk jaar, in de geest van de Boxtelse traditie, een Heilig Bloedprocessie plaats.