Het Indië monument

Monument voor negen Boxtelse soldaten

Aan de Koppel, naast het Processiepark in Boxtel, staat het Indië-monument. Hierop staan de namen van negen jonge Boxtelse soldaten. Zij stierven tussen 1945 en 1949 in voormalig Nederlands-Indië. In het zwarte natuursteen zijn ook een helm, een zwaard en aan palmtak te zien. Deze verwijzen naar het embleem van oud-Indiëstrijders. Het monument was een initiatief van oud-Indiëstrijders uit Boxtel, waaronder Jan van den Braak en Gied Segers. Het monument werd op 4 mei 1992 onthuld in het bijzijn van mevrouw Van Kleef, moeder van de gesneuvelde Boxtelaar Constant van Kleef.

Van Boxtel naar Indonesië

Dat de negen Boxtelse soldaten in voormalig Nederlands-Indië terecht kwamen, heeft alles te maken met een belangrijke oproep die Nederlandse gezinnen kregen. Die oproep kwam vanaf 1945, toen in Nederland de Tweede Wereldoorlog net was afgelopen. In de oproep stond dat jonge mannen zich moesten klaarmaken voor een lange bootreis naar Indonesië dat toen nog Nederlands-Indië heette. Dit land was al meer dan driehonderd jaar een kolonie van Nederland.

De strijd ontploft

Tussen 1940 en 1945 stond de Nederlandse zeggenschap er echter op een laag pitje. Dat kwam doordat het land in die jaren werd bezet door Japan. Nadat de Japanners in 1945 vertrokken, vond een flinke groep Indonesiërs dat Nederland maar weg moest blijven. Ze wilden onafhankelijk worden, hun eigen land leiden. Dat was tegen het zere been van ‘Den Haag’. Die wilde het koloniale gezag terug, zo snel mogelijk. Daarom werden meer dan honderdduizend soldaten per schip naar Indonesië gebracht. Het gezag herstellen, verliep daarna heftig en met geweld. De strijd ontplofte in 1947 in een heuse oorlog.

Zij keerden niet meer terug

Zelf beschreef Nederland die oorlog als het uitvoeren van ‘politionele acties’. Die term was omstreden. Want daarmee werd verhuld dat het terugpakken van de macht gepaard ging met veel bloedvergieten aan beide zijden. De koloniale oorlog kostte meer dan honderdduizend Indonesiërs en vijfduizend Nederlanders het leven. Ook de negen soldaten op het Boxtelse Indië-monument keerden niet meer terug naar huis.

Onder druk van de Verenigde Naties en de Verenigde Staten kwam er in december 1949 een einde aan de strijd. Nederland moest zich terugtrekken. Indonesië was vanaf dat moment definitief onafhankelijk.

Een gevoelig onderwerp

Over de gebeurtenissen die tussen 1945 en 1949 plaatsvonden, hebben de Nederlandse regering en andere betrokkenen in de oorlog lang niet willen praten. Niet over het geweld en niet over de trauma’s die mensen mee naar huis namen. Veel veteranen én hun families hebben daar jarenlang veel last van gehad. In de loop van de tijd namen veteranen zelf het initiatief om soldaten en hun families een stem te geven. En om hun omgekomen kameraden te eren. Het monument in Boxtel is daarvan een voorbeeld. Pas vele jaren na de gebeurtenissen bood Nederland excuses aan en begonnen steeds meer mensen te beseffen hoe verschrikkelijk die periode moet zijn geweest.

De jongens achter de namen

  1. Willy Derks kwam op zijn zesde in Boxtel wonen en voetbalde bij ODC. Hij overlijdt op 15 oktober 1945 – op 22-jarige leeftijd – in Batavia aan schotwonden. Willy hoort bij de eerste drie vanuit Nederland gezonden militairen die sneuvelden. Zijn laatste rustplaats is het Nederlandse ereveld Menteng Pulo in Jakarta.
  2. Rini – Boes - van der Steen was tot zijn uitzending naar Nederlands-Indië sigarenmaker bij Elisabeth Bas in Boxtel. Net een maand in Indië overlijdt hij op 7 december 1946 in Batavia aan malaria. Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld Menteng Pulo in Jakarta.
  3. Jacques van Vlerken werkte in Boxtel bij Wasserij Vekemans. Hij overlijdt op 18 december 1946 in Batavia aan buiktyfus, nog geen maand na aankomst in Indië, 21 jaar oud. Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld Menteng Pulo in Jakarta.
  4. De in Boxtel geboren Frans Verheijden vertrok in 1946 naar Nederlands-Indië. Daar brengt een sluipschutter hem op 23 september 1947 in Kentanggoengang om het leven. Frans werd 22 jaar oud en rust op het Nederlandse ereveld Candi in Semarang.
  5. Boxtelaar Jan van den Nosterum komt in 1947 als dienstplichtig militair in Batavia terecht. Twee jaar later is Oost-Java zijn standplaats. Hij overlijdt op 1 februari 1949 bij een aanval door scherpschutters. Jan werd 22 jaar en rust op het Nederlandse ereveld Kembang Kuning in Surabaya. 
  6. Jo Bergman werkte tot zijn oproep voor de dienstplicht op het kantoor voor de Raad van Arbeid in Boxtel. Hij was 21 jaar toen hij op 12 februari 1949 in Semarang verongelukte. Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld Candi in Semarang.
  7. Harrie van Dijk werd geboren in Boxtel en in 1948 naar Nederlands-Indië gezonden. Op 18 februari 1949 bezwijkt hij aan verwondingen door kogelschoten, 20 jaar oud. Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld Candi in Semarang.
  8. Constant van Kleef beleefde in Boxtel een vrolijke jeugd vol voetbal en muziek. Zijn militaire dienstplicht vervult hij vanaf 1948 in Nederlands-Indië. Daar maakt een granaatscherf op 13 april 1949 in Kroekemau een einde aan zijn leven. Constant werd 20 jaar oud. Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld Candi in Semarang.
  9. Theo Huijberts uit Boxtel werkte tot zijn diensttijd als hovenier. Hij was 22 jaar toen hij op 18 april 1949 in Ambarawa om het leven kwam bij een verkeersongeluk. Hij ligt begraven op het Nederlandse ereveld Candi in Semarang.