15. Springstof in de toren

120 kilo springstof! Duitse militairen van een Sprengkommando plaatsten op 29 september 1944 explosieven in de kerktoren van de Sint-Petrusbasiliek. De toren werd door de bezetter gezien als een uitkijkpost die geallieerden zouden kunnen gebruiken bij hun opmars. ‘In brand steken!’ Dat was het bevel dat pastoor Jos van Besouw kreeg. Als hij dit commando zou negeren, zouden de Duitsers de toren opblazen. 

Dichtgemetseld

Samen met plaatsgenoot Evert Hazelhoff lukte het Van Besouw om de Duitsers op andere gedachten te brengen. In plaats van de toren te vernielen, werd de wenteltrap naar de torenspits dichtgemetseld en kon niemand het hoogste gebouw van Boxtel beklimmen. De toren was daarmee niet meer bruikbaar als uitkijkpost. 

Springstof

Tot ieders verrassing besloten de Duitsers de Sint-Petrustoren alsnog te vullen met springstof. De toren dreigde daarmee toch opgeblazen te worden. Nog voordat de Duitsers uit Boxtel waren vertrokken, gingen pastoor Van Besouw, Hazelhoff en Harrie van de Laar naar binnen. Van de Laar knipte de ontstekingsdraden door waarmee werd voorkomen dat Boxtel zijn markante kerktoren zou verliezen. 

Klokkenroof

De Sint-Petrustoren werd in de winter van 1943 beroofd van bijna alle klokken. De Duitse bezetter haalde veel bronzen klokken uit kerktorens om ze te versmelten tot oorlogsmaterieel. Onder de geroofde Boxtelse klokken was een exemplaar dat stamde uit 1614.  

Na de klokkenroof resteerde slechts één klokje van 20 kilo. Hiermee kon niet alleen de hoogmis worden aangekondigd, de klok mocht ook blijven hangen om inwoners te alarmeren.