13. Inkwartieren en opsluiten

Boxtel viel tijdens de Duitse bezetting onder het gezag van de Ersatz und Ausbildungsabteilung der Luftschutzwarne. De troepen namen na de mei-inval van 1940 hun intrek in missiehuis Sint-Theresia naast Kasteel Stapelen. Ook het Ursulinenklooster, huize De La Salle en kloostercomplex Duinendaal werden gevorderd om Duitse militairen in te kwartieren.  

Stapelen speelde een kleine rol bij de bevrijding van Boxtel. De airbornes die vanuit de Kampina richting Boxtel trokken, rustten uit op de binnenplaats van het kasteel. Daarna trokken ze verder richting de Markt, waar ze door uitbundige dorpsbewoners werden verwelkomd. 

'Foute' Boxtelaren

Het missiehuis naast Stapelen was na de bevrijding een opvanglocatie voor ‘foute’ Boxtelaren. Ruim honderd inwoners die verdacht werden van collaboratie met de Duitsers of lid waren geweest van de NSB, werden gearresteerd. In eerste instantie werden ze opgesloten in de kazerne van de Koninklijke Marechaussee aan de Kasteellaan. Daarna volgde overplaatsing naar het missiehuis en het vroegere concentratiekamp Vught. 

Kapel

Bewoners van de Van Coothstraat en de Prins Hendrikstraat zamelden meteen na de bevrijding van Boxtel geld in voor de bouw van een kleine kapel in de Jordaanbuurt. De kapel kwam er 1951 en werd toegewijd aan Onze Lieve Vrouw van Fatima. 

Het idee om een kapel te bouwen ontstond in de oorlog. De nabijheid van het station leverde de Jordaanbuurt veel overlast op. Wat heet: meerdere bombardementen van het spoorwegemplacement in 1940 en 1944 brachten grote schade toe aan het Stationsplein en alle omliggende straten. 

Direct na de bevrijding begonnen de buurtbewoners met het wekelijks inzamelen van geld om de bouw te kunnen betalen. Op 2 juni 1951 was het zover en werd de kapel ingezegend. En nog steeds zorgen buurtbewoners voor het onderhoud. Er brandt ook een kaarsje. Elke dag weer…